Negentig procent van zowel de Nederlandse als buitenlandse strandbezoekers komt met de auto. Een reistijd van vele uren in een meer stilstaande dan rijdende, warme auto is daarbij geen uitzondering. Maar waarom vormt de reis naar het strand toe een noodzakelijk kwaad? Waarom pas de vakantie beginnen bij aankomst op het strand? Kunnen reis en bestemming dan niet dichter naar elkaar toegebracht worden?
2004
Toerisme Recreatie Nederland
programma
Bereikbaarheid Nederlandse kust
In samenwerking met
Urban Affairs
×
Rivieren leiden naar de kust. Hoewel deze stelling nauwelijks aanvechtbaar is, is hiermee ook de eenvoud van een oplossingsrichting geboren. Rivieren zijn feitelijk een introductie op de zee en vormen daarmee de ideale en meest poëtische weg hier naar toe. Met een auto wordt gereden, terwijl met een boot wordt gereisd. De auto is een vervoersmiddel, de boot een vervoeringsmiddel.
Of de boot nu sneller dan de auto is of niet speelt bijna geen rol meer, omdat de boot een aantrekkelijke bestemming op zichzelf geworden is. De vakantie begint reeds, en eindigt pas, in de vele binnenhavens. Deze thuishavens kunnen mee profiteren van het stroomafwaarts gelegen kassucces dat kust heet.
De boot als middel voor personenvervoer is niet nieuw. De boot als recreatievoertuig evenmin. De combinatie van beide is echter zeldzaam. De boot die hier voor ogen is, houdt het midden tussen een doelgerichte Fast Ferry en een dolende Spido ofwel tussen een waterbus en een partyship. De boot moet meer zijn dan een vaartuig en moet elementen bevatten die aansluiting hebben op, en wezenlijk onderdeel zijn van, de latere (of eerdere) beleving aan het strand. Zo zouden passagiers op de heenweg reeds moeten kunnen inzwemmen en zonnebaden (voorbakken). Behalve zwemmen in de avondzon, dient er op de terugweg gelegenheid te zijn om een patatje en een biertje te nuttigen (après-côte?). En dit alles tegen de achtergrond van rivierlandschappen, havens en steden.
Of de boot nu sneller dan de auto is of niet speelt bijna geen rol meer, omdat de boot een aantrekkelijke bestemming op zichzelf geworden is. De vakantie begint reeds, en eindigt pas, in de vele binnenhavens. Deze thuishavens kunnen mee profiteren van het stroomafwaarts gelegen kassucces dat kust heet.
De boot als middel voor personenvervoer is niet nieuw. De boot als recreatievoertuig evenmin. De combinatie van beide is echter zeldzaam. De boot die hier voor ogen is, houdt het midden tussen een doelgerichte Fast Ferry en een dolende Spido ofwel tussen een waterbus en een partyship. De boot moet meer zijn dan een vaartuig en moet elementen bevatten die aansluiting hebben op, en wezenlijk onderdeel zijn van, de latere (of eerdere) beleving aan het strand. Zo zouden passagiers op de heenweg reeds moeten kunnen inzwemmen en zonnebaden (voorbakken). Behalve zwemmen in de avondzon, dient er op de terugweg gelegenheid te zijn om een patatje en een biertje te nuttigen (après-côte?). En dit alles tegen de achtergrond van rivierlandschappen, havens en steden.